Bezuinigingen bedreigen lokale en regionale infrasector

Het lijkt of de infrasector geen kind van de bezuinigingsrekening is. Op rijksniveau is er de komende jaren weliswaar volop werk. Op lokaal niveau ligt dat anders, want de lagere overheden moeten de broekriem strak aantrekken. Bouwend Nederland vindt dat de lokaal en regionaal werkende wegenbouwers daar niet de dupe van mogen worden.

Bouwend Nederland pleit er bij gemeenten en de provincies nadrukkelijk voor om de bezuinigingen niet te zwaar te laten neerkomen op aanleg en beheer en onderhoud van infrastructuur. Niet alleen vanwege de omzet van de infrabedrijven. Het schrappen of langdurig uitstellen van aantoonbaar noodzakelijke projecten (aanleg en onderhoud) raakt inwoners en bedrijven in hun werkgelegenheid, hun mobiliteit en hun leefomgeving. En het leidt op de langere termijn weer tot hogere herstelkosten.

Innovatief aanbesteden
Om dit te voorkomen zou naar de mening van Bouwend Nederland in ieder geval meer moeten worden gekeken naar de mogelijkheden van het innovatief aanbesteden en overdracht van taken aan (lokale) marktpartijen. Ook moeten procedures simpeler en sneller worden gemaakt, zodat ondernemingen beter kunnen anticiperen op nieuwe werken. ‘Deze acties sluiten naadloos aan bij het streven van de overheid naar een kleiner bestuursapparaat. Kortom: de kans bij uitstek om meerdere vliegen in een klap te slaan’, aldus Bouwend Nederland.